Het kan ook zijn dat ik het verwarrend vind om te horen dat Pfeijffer zelf weer ergens in gelooft. Hij was tot vijf jaar geleden de vleesgeworden afstandelijkheid, moeilijk te betrappen op enig enthousiasme voor wat dan ook, en met trotse ironie als belangrijkste uitstraling.
Maar nu draagt hij nadrukkelijk aandacht uit voor de andere mens en in zijn werk klinkt engagement door met de samenleving, onze democratie en het milieu. Waarschijnlijk doet het een mens goed om weer ergens in te geloven en doet dat Pfeijffer ook goed, dus dat kan zijn uitspraak verklaren.
Maar dan vind ik zijn bekering tot ‘geloof’, zonder nadere specificatie, toch iets te ondoordacht. Het enige voorbehoud wat hij nog maakt zit in het woordje ‘bijna’, maar het is van belang om daar preciezer in te zijn. Denk aan de tien jaren van ontnuchtering die Jaap Goudsmit nodig had om van zijn geloof in de intuïtieve wetenschap af te komen.
Pfeijffer kwam zelf in een van de door hem gekozen filmfragmenten met het thema van de flat earth beweging. Aanhangers daarvan zijn beslist gelovig, maar vindt hij dat ook ‘mooi’? En zo zijn er nog veel meer enthousiaste bewegingen aan te wijzen, van complottheorieën tot fanatieke religieuze sektes, waar mensen met diepe overtuiging de meest rare dingen geloven. Is dat mooi?
Ik zou zeggen: geef me ten opzichte van de geloofsbekeerling Pfeijffer het gezonde deel terug van de scepticus Pfeijffer.
Zie ook Waar of raar?
type wollig warhoofd
BeantwoordenVerwijderenDe grootste schande was hoe het anti-seminitisme van Lucebert werd afgedaan als dat je mensen niet in retrospectief zou moeten beoordelen omdat ze toen in andere omstandigheden
BeantwoordenVerwijderenleefden, ik maak me er nog kwaad om.
Ook de nihilistische opmerking dat we kunstenaars los moeten zien van hun werk 'anders houden we niks over' conclusie 'vervelende mensen maken mooie kunst'
Alsof nazi sympathie zo even weg gewuifd kan worden als het een dichter betref.
En nergens heb ik hier commentaar op gezien.