woensdag 4 april 2007
Waarom Heidegger ons niet verder brengt
Dat doordenkende managementauteurs als Weick, Winograd en Flores zich laten inspireren door Heidegger is wel begrijpelijk. Als je los wilt komen van het denken over organisaties in termen van hokjes en harkjes dan biedt hij een bevrijdend perspectief. Hij stelt dat “knowledge lies in the being that situates us in the world”. Dat wil zeggen: kennis doen wij niet op door afstand te nemen en als buitenstaander verschijnselen te observeren, maar door actief betrokken te zijn in de wereld via werk en relaties. Heidegger verleent voorrang aan het zijn in de wereld en aan de praxis. De misleiding die uitgaat van modellen en structuren wordt zo doorbroken. Kennis is altijd ingebed in een handelende wijze van zijn die aan alles voorafgaat.
Tegelijkertijd stel ik bij de op Heidegger georiënteerde managementauteurs twee blinde vlekken vast. De eerste blinde vlek betreft de onwil tot communicatie die mensen kunnen vertonen. Het spontane handelende zijn gaat in hun beschrijvingen als vanzelf samen met een voortdurende bereidheid tot communicatie.
De tweede blinde vlek gaat over het verschil dat de ene mens maakt ten opzichte van de andere. Dat mensen fundamenteel van mening kunnen verschillen over de richting en het doel van hun handelen komt bij de genoemde auteurs niet ter sprake.
Ik ben geneigd om een samenhang te zien tussen die twee blinde vlekken. Die samenhang is naar mijn idee te herleiden tot de wijze waarop bij Heidegger het begrip Mitsein functioneert. Namelijk, als verwijzing naar een gedeelde werkelijkheid waarin wij mensen allen participeren. Wij delen Mitsein met elkaar als onderdeel van ons handelende zijn-in-de-wereld. Communicatie vloeit daar als het ware vanzelf uit voort.
Heidegger laat zeker ruimte aan individuen voor het op een eigen, oorspronkelijke manier opvatten van het primaire zijn, waarin zich het handelen afspeelt. Maar door de plaats die hij aan het Mitsein toekent verschuift de balans: het aandeel gemeenschappelijkheid in de wereldverheldering van mensen heeft een groot overwicht boven het aandeel oorspronkelijkheid daarin. Het zijn is primair één en gemeenschappelijk, ook al bestaat er een veelheid van persoonlijke inzichten in het zijn.
Dit kan verklaren waarom pluraliteit van opvattingen en diepgaande verschillen tussen mensen zo weinig aandacht krijgen bij auteurs die zich baseren op Heidegger. Zoals Safranski zegt: wat écht politiek denken is zal Hannah Arendt – ook als antwoord op Martin Heidegger – ontwikkelen: zo’n denken ontspruit aan het 'samen-en-met-elkaar-zijn' van wat verschilt.
Daar wil ik aan toevoegen dat we voor een uitwerking van het radicale verschil tussen de ene en de andere mens bij Levinas goed terecht kunnen.
Zie ook Klopt de wereld?, Heidegger en de Joden en Als Heidegger filosofisch deugt...
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten