Het jeukwoordenfestival heeft nu ook mijn werk bereikt. Dat verbaast me niets, want de gemeente Amsterdam is zeer bedreven in het spectaculair en aantrekkelijk presenteren van zichzelf, ongeacht de vraag of dat terecht is of niet. En de jeuk van jeukwoorden heeft daar alles mee te maken: een soepele voorstelling van zaken – gesuggereerd door woorden zoals ‘doorontwikkelen’, ‘erin knallen’, ‘een stukje betrokkenheid’, ‘stip op de horizon’ – botst met een werkelijkheid die door betrokkenen zelf eerder ervaren wordt als gewoon prozaïsch of zelfs moeizaam en taai. Dat voelt als manipulatie, en daar krijg je jeuk van.
Ze willen iets van je, en dat wordt verpakt met de belofte van betekenis: van soepel contact, effectief handelen en serieus genomen worden. Maar ze willen gewoon iets van je, en de woorden die ze gebruiken vallen op een gegeven moment door de mand. Echtheid, directheid, menselijkheid worden instrumenteel ingezet om jou ergens te krijgen. En als je dat eenmaal doorhebt krijg je jeuk.
Zo bezien gaat het jeukfestival over meer, veel meer dan een paar woorden. Het gaat over manipulatie van het verlangen naar betekenis van mensen, met als doel hen te verleiden tot betere prestaties. Woorden worden instrumenteel ingezet als gereedschap daarbij, vooral woorden die de medewerkers als persoon aanspreken. Met als doel de organisatietargets te halen.
Nu snap ik dat doel wel, want vanzelfsprekend moet een gemeentelijke organisatie goed functioneren. Het probleem is dat men kennelijk niet gewoon durft te zeggen: ‘Het is best prozaïsch wat we doen, maar wat is daar mis mee? En laten we wel wezen, dat is toch voor een heel groot deel de core-business van een gemeente?’. In de plaats daarvan wordt een koppeling gezocht met diepere betekenis die mensen in het leven zoeken. En daaraan verbindt men woorden die geluk en betekenis suggereren.
Maar op een gegeven moment werkt dat niet meer. Dan raken woorden besmet, men krijgt er jeuk van. En als dat proces eenmaal in gang is gezet dan blijft het zichzelf versterken: oude jeukwoorden kun je dan beter niet meer gebruiken, maar de nieuwe worden steeds sneller ontmaskerd, en er komt een moment dat het complete vocabulaire besmet is.
Laten we dus ophouden goed management te verwarren met existentiële betekenis.
Zie ook Liefde en passie op het werk en Zelfrealisatie
Ehhh, Naut: core-business? Pozaisch? Ergens jeukt het...
BeantwoordenVerwijderenDe kern van iedere boodschap, hoe ook verpakt: meer presteren met minder mensen, harder werken voor minder geld. Al het andere taalgebruik is inderdaad instrumenteel. Maar dat zijn de ontvangers van de boodschap ook. Niets meer.
Maar het blijft wel interessant. Zou 'banaal' minder jeuk veroorzaken dan 'prozaïsch'? Of 'triviaal'?
Verwijderen