donderdag 9 januari 2014

Afkicken van het ware woord


Het woord werkt niet meer zoals vroeger. Daarmee bedoel ik: theorieën met waarheidspretenties hebben het moeilijk tegenwoordig.

Dat dat ooit anders was weet ik nog uit mijn eigen jeugd, maar ik lees het nu ook terug in de biografie van Huub Oosterhuis, De paus van Amsterdam. Daarin komt overvloedig naar voren hoezeer het leven beheerst kon worden door een bepaald soort dogmatische waarheid.

Een voorbeeld daarvan is het door de kerkelijke autoriteiten tot in de jaren zestig uitgedragen ‘inzicht’ over wat er met ongedoopte kindertjes gebeurt: die zullen nooit de hemel bereiken en voor altijd in een apart voor hen ingerichte locatie, ‘Voorgeborchte’ genaamd, hun eeuwigheid moeten slijten. Oosterhuis vertelt op indringende wijze hoe serieus zijn goed opgeleide moeder deze ‘waarheid’ nam en hoezeer zij, moeder van drie ongedoopte kindjes, daaronder leed.

Geen wonder dat voor de generatie van Oosterhuis het woord (in de zin van waarheid) moest wijken voor meer geloofwaardige zaken. Tot deze laatste behoorde voor Oosterhuis primair het woord in meer poëtische zin, gevlochten in liedjes en gedichten. Maar sociale actie, bijvoorbeeld voor Chili in de jaren zeventig of voor vluchtelingen nu, bleek ook nodig om de tekortkomingen van het theoretische woord op te heffen.

Huub Oosterhuis vertelt in het boek over een Libanese vluchteling die hij, samen met de Amsterdamse Studentenekklesia, regelmatig aan geld, onderdak en medische zorg hielp. Het heeft de man er niet bovenop geholpen maar, zegt Oosterhuis, “Ik had niets anders kunnen doen. Je hele verhaal stort in als je dit niet doet. Wat heb je dan nog te beweren?”

Anderen, zoals bijvoorbeeld de filosoof Ger Groot, hebben minder met sociale actie. Misschien omdat die kan bezwijken onder zijn eigen omvang. Als er dan toch de behoefte is aan actie, in plaats van de theoretische waarheden en geloofsbelijdenissen van vroeger, zijn er nog de gebaren en rituelen van de eredienst. Dat is actie die je voelt tot in je lijf en lichamelijke bewegingen. En dat gevoel is, aldus Groot, onmisbaar voor de levensvatbaarheid van het achterliggende gedachtenstelsel, ook al draagt het gevoel niets bij aan de theorie.

Langs deze lijnen redenerend wordt het begrijpelijk dat tegenwoordig in het godsdienstonderwijs de zaken op een wijze worden gepresenteerd die precies omgekeerd is aan die van vroeger. Kinderen wordt niet meer geleerd om te zeggen: “Wij geloven in deze God en vieren daarom dit feest”, maar: “Wij vieren dit feest, want dit is ons verhaal en sommigen van ons geloven daarin”. Eerst komt het woord van het verhaal, en pas daarna (eventueel) het woord van de waarheid.

Dat is minder gemakkelijk dan het lijkt. Er is geen gegeven, objectieve waarheid meer waarnaar je kunt verwijzen ter verklaring van je rituelen. Je doet het primair omdat je kiest voor die rituelen, en daar al dan niet een verhaal bij hebt. De objectieve autoriteit van vroeger is verdwenen, je bent nu zelf verantwoordelijk voor je eigen verhaal.

Zie ook Weerbarstige woorden en Lekker irrationeel

3 opmerkingen:

  1. "Je hele verhaal stort in als je dit niet doet. Wat heb je dan nog te beweren?"
    Dit is heel verhelderend. Dank daarvoor.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. "In het woord is zwijgen tasten waken/in het woord is wachten luisteren horen/in het woord ontstaan wij, mensen voor mensen..." (Huub Oosterhuis)

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Dag Naud,

    Ik weet niet zeker of ik je betoog helemaal begrijp. Laat ik er dit over zeggen. Er was nooit een objectieve waarheid en die zal er nooit komen.
    Oude en nieuwe zekerheden berusten op aannames en machtsverhoudingen waar de gewone mensen zich bij neerleggen.
    Oude sterren doven uit en nieuwe verschijnen aan het firmament.
    Denk aan veelgebruikte containerbegrippen als veiligheid en gezondheid.
    Er gaat een wereld achter schuil, die jij omschrijft als achterliggende gedachtenstelsels.
    Wie zich tegenwoordig onvoldoende indekt (inkoopt) loopt risico en draagt schuld bij misgaan (en moet betalen).
    Naast een financiële rekening is er dus ook de morele.
    Baas, vrienden en gezinsleden hebben aanmerkingen op je rookgedrag en dat je te weinig sport of desnoods medicijnen slikt.
    De dag is niet ver dat deze opvattingen geconcretiseerd worden op de werkvloer: wijkt u af, dan geen baan.
    Veel mensen hebben zich deze opvattingen eigen gemaakt, maar ze dienen vooral de productie en de consumptie en daarmee belangen.
    De eredienst die je noemt, wordt tegenwoordig gevierd op megafeesten.
    Wijwater heeft plaatsgemaakt voor dope. De liturgie voor staccato lawaai.

    groet,
    www.monkwise.nl

    BeantwoordenVerwijderen