donderdag 3 januari 2019

Links klaar


“Links – klaar”, zegt een heldere, geruststellende vrouwenstem als ik mijn linker gehoorapparaatje heb ingedaan. Met daarna hetzelfde tafereel voor de rechterkant.

Het verbaast me, maar de geruststellende werking is er iedere morgen opnieuw. Kennelijk werkt dat, ook als ik weet dat niemand zich daadwerkelijk tot mij richt, en zelfs dat het mogelijk een kunstmatige stem is.

Die constatering maakt dat ik me wel iets voor kan stellen bij de verhalen over zorgrobots die in de toekomst allerlei ondersteunende handelingen kunnen verrichten, tot tevredenheid van de cliënten.

Kennelijk laten we ons graag voor de gek houden. We zijn zodanig geprogrammeerd, dat louter bepaalde klanken of bepaalde tot ons gerichte acties de suggestie van echtheid kunnen opwekken, en daarmee de gevoelens en reacties die horen bij de lijfelijke nabijheid van een levend mens van vlees en bloed.

Zoals mensen een telefoongesprek kunnen voeren met brede armgebaren en heftige gelaatsuitdrukkingen. Die expressies hebben geen enkele communicatieve functie meer, omdat de telefonische gesprekspartner ze niet kan zien. Dat soort programmering leeft blijkbaar stug voort in ons, en maakt ons ontvankelijk voor aandacht die apparaten en robots aan ons besteden.

Ik vraag me wel eens af hoelang die programmering bij ons zal standhouden. Gaat de mensheid, eenmaal gewend aan telefoons en robots, die misschien verliezen?

Zie ook Lenzen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten