vrijdag 12 augustus 2011
Het dorp Noorwegen
Na de aanslagen in Noorwegen ging een aantal commentaren over het dorpachtige karakter van Noorwegen. Daar heerst nog gemeenschapsgevoel, mensen vertrouwen elkaar en ze houden Europa en het kosmopolitisme buiten de deur. Bijna de droom van Geert Wilders, als die verrekte sociaal-democraten daar de Moslims niet zo zouden knuffelen. In dit dorp mogen alleen de Moslims ritueel slachten en de Joden niet, en dat zou Geert het liefst precies omgekeerd zien.
Iets dorpachtigs kun je Noorwegen inderdaad niet ontzeggen. Aanslagen kende men niet uit eigen ervaring. Misschien kwam daarom de misdaad van Breivik wel extra hard aan, hoewel leed op deze manier aangericht universeel verschrikkelijk is, waar het ook plaats vindt.
Iets merkwaardigs, ik zou zeggen dorpachtigs, zat er ook wel in de eerste reacties van de conferentiedeelnemers op de schoten van de terrorist, namelijk onmiddellijke associaties met het Israëlisch-Palestijnse conflict. Om dat helder te krijgen is het van belang te weten dat men de dagen tevoren op het eiland Utoya onder andere uitgebreid bezig was geweest met het promoten van de Palestijnse zaak.
Daar zaten wat mij betreft behartenswaardige zaken bij zoals oproepen tot beëindiging van de bezetting van de Westbank en steun aan een te vormen Palestijnse staat.
Maar daar zaten ook problematische zaken bij. De minister van Buitenlandse Zaken Gahr Stoere kon zich op het eiland goed vinden in een pleidooi voor een Israël-boycot - zie foto-, wat iets anders is dan een boycot van de nederzettingen. Hij bracht aan de conferentie het demoniserende gedachtegoed over dat na de aanslag opnieuw door Noorwegens ambassadeur in Israël werd verwoord: dat Hamas’ terrorisme tegen Israël meer gerechtvaardigd is dan ander terrorisme. Kortom, men ging al dagen lang lekker tekeer tegen Israël.
Vanuit de aldus gecreëerde dorpse overzichtelijkheid van bad guys versus good guys kan het volgende gebeuren. Volgens een verslag van Adrian Pracon, een overlevende van de moordpartij, dachten sommigen toen het schieten begon onmiddellijk aan Gaza. Dit zou een simulatie zijn van wat ze hadden geleerd, dus van wat Israël volgens de conferentie gewoon is te doen in Gaza.
“Sommige van mijn vrienden probeerden hem te stoppen door te praten met hem. Veel mensen op het eiland dachten dat het een test was, een vergelijking met hoe het is om in Gaza te leven. Daarom gingen veel mensen naar hem toe en probeerden met hem te praten, maar ze werden meteen doodgeschoten”, aldus Adrian Pracon.
Behalve dat de gedachte dat het menens zou kunnen zijn (gelukzalig) ver weg was, is de enige verbinding die de conferentiedeelnemers konden leggen tussen het schieten en de rest van de wereld: de gedachte aan het Israëlisch-Palestijnse conflict. Kennelijk is voor deze mensen ‘geweld’, ‘schieten’, ‘ruzie’ in hoge mate synoniem met dat conflict. Het is spreekwoordelijk geworden voor alles wat met schieten te maken heeft, je kunt niets anders meer bedenken.
Als mensen zo schematisch zijn gaan denken, wat is er dan gebeurd in hun hoofden? Want er is iets gebeurd, dat kan niet anders. Mensen hebben wat gedaan met beelden in hun hoofden, of zich wat laten doen.
Er vindt verdraaiing van informatie plaats. Immers, wat de inhoud betreft is er geen rechtvaardiging voor die stereotypering en toekenning van die unieke negatieve symboolwaarde aan alleen Israël. Niet dat er geen vreselijke dingen te melden zijn. Maar dat is niet uniek voor Israël en ook niet in hoge mate kenmerkend.
Zo kan ik het met iedereen eens zijn die vindt dat de sluipende bebouwing van de Westbank een rotstreek is en dat ieder slachtoffer dat valt in de strijd tegen raketten uit Gaza er een te veel is. Maar tegelijkertijd moet gezegd worden dat over die situatie binnen Israël veel discussie is. Er zijn historici die met ongekende openheid uitzoeken wat er precies gebeurd is en gebeurt en die Israël niet sparen. En er gaan deze zomer 60.000 Palestijnen in Israël op vakantie.
Daarbij: er zijn nogal wat regimes en milities op de wereld die evenveel of nog meer slachtoffers maken en op nog gruwelijkere manieren. En dat ook al jaren lang en onder de eigen bevolking. Of zou de gedachte zijn dat dat vooral de leiders zijn? Die zijn verderfelijk - het gewone volk is in al die landen, als edele wilden, alleen maar slachtoffer. En zou dan de gedachte zijn dat in Israël misschien wel het hele volk slecht is?
Ja, zoiets moet er wel aan de hand zijn. Een dergelijke verdraaiing moet er wel plaatsvinden in hoofden van mensen, anders kan ik de exclusieve demonisering van Israël niet verklaren. Objectief gezien is er namelijk geen enkele reden om de demonkaart speciaal Israël toe te spelen. Dus als je dat toch doet, dan doe je zelf wat – in je hoofd. Dan gebeurt er meer dan zich laat verantwoorden, ben ik bang.
Of dan weldenkende mensen voor hun rekening willen nemen, hoop ik - ook in een dorp. Dat mág ik wel hopen want het dorp Noorwegen is per slot van rekening het decor geweest van het eerste verdrag tussen Israël en de Palestijnen.
Zie ook Denkpolitie
Labels:
antisemitisme,
beelden,
discussiecultuur,
geweld,
Israël,
Wilders
Posted by
Naud van der Ven
op
12:02
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten