donderdag 3 augustus 2017

Hartstocht voor een lege huls


Je hoort weleens zeggen dat uit onze samenleving de maatschappelijke hartstocht is verdwenen. Vroeger had je allerlei waarden en normen waar mensen zich hartstochtelijk mee konden verbinden. Dat kon de ideologie zijn van God-Nederland-en-Oranje, of een kuise Christelijke moraal of de superioriteit van de Westerse of een andere beschaving – in veel gevallen identificeerden mensen zich met zulke inhouden. Met hoofd en hart voelden zij zich daarmee verbonden.

In de plaats daarvan hebben wij – in die gedachtegang – maar één ding overgehouden: het wettelijke kader van de democratische rechtsstaat. En het woord hartstocht laat zich daarmee niet zo makkelijk verbinden, de rechtsstaat is immers neutraal ten opzichte van al die waarde-geladen inhouden. Zoals de Franse filosoof Claude Lefort het zegt: de plaats van de macht in de democratie is ‘een lege plaats’.

Natuurlijk, op die plek vinden allerlei inhouden en oriëntaties onderdak en bescherming. Traditionele Christenen, fervente Moslims, homo’s, Joden, zwarten, witten, het maakt niet uit. Maar juist omdat ‘het niet uitmaakt’ kan een gevoel toeslaan van waardenrelativisme. Er zijn zoveel waarden, gelijktijdig en naast elkaar, dat ze hun waarde verliezen en er niet meer toe lijken te doen.

Het enige wat we over hebben is in feite een lege huls: die van de democratische rechtsstaat die niemand kan dwingen bepaalde waarden erop na te houden. Die behandelt alle waarden gelijk, zolang ze de wet niet schenden. Zeer correct, zuiver procedureel, maar ook zo inhoudsloos dat geen mens daarvoor kan warmlopen – zo hoor je vaak.

Maar dan komt Eberhard van der Laan op televisie, en kan heel Nederland zien dat ook de formele abstractie van de rechtsstaat zich laat koppelen aan emotie en hartstocht. Omdat die de voorwaarde is om in onze tijd gemeenschap te creëren en in stand te houden.

Misschien vergt de liefde voor een abstractie wel meer van een mens dan liefde voor concrete waarden. Als dat zo is, dan was dat Van der Laan wellicht ook aan te zien.

Zie ook Met en zonder hoofddoek

1 opmerking:

  1. "Ik ben geen politicus. Ik ben gewoon een burger die zich een tijdje afgeeft met bestuur. En dat is soms politiek", zegt Eberhard helemaal aan het begin van de uitzending. Is dat geen tegenstrijdigheid ?

    En zal er niet altijd een spanningsveld blijven tussen de relatie met de concrete andere tegenover mij en de relatie met de organisatie waarbinnen die andere en ikzelf functioneren ? Als je de organisatie dan ook nog, oneigenlijk, voor de kar van een ideologie gaat spannen, dan is het natuurlijk helemaal om zeep...
    Liefde voor een abstractie lijkt ook mij wel lastig.

    BeantwoordenVerwijderen