woensdag 1 januari 2025

Naturalisatie


Veel historici zijn het er tegenwoordig wel over eens: de natiestaat is een menselijke uitvinding. En dan ook nog eens van tamelijk recente datum, namelijk de negentiende eeuw. Daarvóór had je wel koninkrijken of vorstendommen, maar die waren vooral het min of meer toevallige product van de veroverings- of huwelijkspolitiek van de betreffende heersers. De natiestaat, opgevat als een collectieve historische lotsbestemming van een groep die zich ‘natie’ noemt, verschijnt als uitvloeisel van de Romantiek. 

Dat besef is bij mij zo diep ingedaald dat ik regelmatig blijf haken aan woorden als ‘naturalisatieceremonie’ of ‘genaturaliseerd Nederlands staatsburger’. Alsof Nederlanderschap (of Israëliërschap of Fransmanschap of welk staatsburgerlijk schap dan ook) een keiharde essentie is, in de natuurlijke orde ingebakken en zo oud als de schepping. Die suggestie van natuurlijke gegevenheid geldt uiteraard, per definitie, voor het woord ‘natuur’. Dat ís een voorgegeven orde, die onafhankelijk van de mens bestaat. De mens kan zich daar wel onafhankelijk van verklaren, maar alleen tot zijn eigen schade, denk aan klimaatverandering.

Maar andere woorden die, net als natuur, verwant zijn aan het Latijnse natus (‘geboren’) en nativitas (‘geboorte’), liften op dubieuze manier mee op die suggestie van een onafhankelijke voorgegevenheid of essentie. In het woord ‘natie’ is die associatie met geboorte nog enigszins gerechtvaardigd: een bij elkaar horende groep mensen bestendigt zichzelf in de tijd doordat er kinderen geboren worden en generaties elkaar opvolgen met doorgifte van bepaalde gebruiken en tradities. Maar het woord ‘naturalisatie’, gebruikt voor het verkrijgen van staatsburgerschap, overschrijdt wat mij betreft een grens. Dat suggereert een bijna fysieke gedaanteverandering op elementair of dna-niveau, terwijl er van niets anders sprake is dan dat je in een bepaald menselijk construct terechtkomt. Nu kunnen menselijke constructen beslist krachtig werkzaam zijn, denk aan geld of religie. Maar een ‘natuurlijke essentie’, nee, dat hebben ze niet.

Zie ook De Romantiek is passé.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Naturalisatie en scrol naar beneden door.

1 opmerking:

  1. Hoi Naud, interessant perspectief, maar ik ben het er niet helemaal mee eens. Ik denk zelf dat het concept van "natuur" heel anders beschreven kan zijn, meer als iets dat bij de rest past om een geheel te vormen, zoals een DNA samenstelling. Etymologisch gezien weet ik niet of dat zo geïnterpreteerd kan worden, maar ik kan me voorstellen dat geboorte al altijd gebonden is geweest aan een status, of ook een acceptie dat je onderdeel bent van iets groter om je heen (familie bijvoorbeeld).

    Bijvoorbeeld, is een nieuwe aangelegde tuin of park, die wordt bijgehouden, natuur en natuurlijk? Het is wel allemaal "natuur". DNA
    Persoonlijk niet, omdat, voor mij in ieder geval, het concept van natuur ook impliciet een soort coherentie inhoud en zichzelf in balans houdt, waar alles een rol en plek heeft binnen een systeem die redelijk in balans is. Maar als dat park veroudert, en ontmoetingsplek wordt voor vogels en andere dieren, zijn eigen micro ecosysteem creëert, dan is het wellicht wel natuur?

    In dit opzicht vind ik de term naturalisatie passend, omdat het omschrijft dat iemand kan functioneren binnen de regels, normen en waarden van een bepaalde maatschappij, terwijl ze er niet vandaan komen. Iemand heeft daar zijn plek gemaakt en gevonden, en verbindt zich aan deze maatschappij boven een andere, is actief onderdeel van het geheel. in die zin, kan je zeggen dat iemand net zo goed geïntegreerd is als een hier geboren mens, daardoor alle zelfde rechten verdient als de andere (stemrecht bijvoorbeeld), en dus geaccepteerd wordt alsof die hier vandaan komt, genaturaliseerd is. Of er verder de onderscheiding tussen Nederlander en genaturaliseerd Nederlander herhaald moet blijven, is een ander debat.

    Gewoon mijn gedachte hierover. Groet, Nicole.

    BeantwoordenVerwijderen