zondag 3 december 2023

AI kan niet zonder mensen


Voor de afwisseling maak ik eens melding van een vrolijk bericht. Althans, ik vind het opbeurend, anderen waarschijnlijk juist niet. Die anderen zijn de ChatGPT-enthousiastelingen, die hun hoop vestigen op door robots geproduceerde teksten voor verbetering van de wereld.

Het bericht van onderzoeker Ilyaz Nasrullah meldt dat voor de productie van Artificial Intelligence-teksten (AI) per definitie menselijke creativiteit nodig is. Dat wil zeggen, niet per se voor de productie, maar voor goede kwaliteit van de opgeleverde tekstproducten. Zelfs voor sinterklaasgedichten presteren de AI-taalmodellen maar matig, ze kunnen niet zonder menselijke creativiteit. 

Dat komt doordat AI werkt met tekst die al over de aardbol rondzwerft. Door de gigantische rekenkracht van hedendaagse computers kunnen die duizelingwekkende hoeveelheden circulerende tekstdata zodanig met elkaar vergeleken en gecombineerd worden dat er redelijk relevante nieuwe tekstcombinaties uit voortkomen. Maar, zegt Nasrullah, de afhankelijkheid van wat er al is impliceert dat deze ‘synthetische teksten’ niks oorspronkelijk nieuws opleveren. In eerste instantie is dat niet zo’n bezwaar omdat ‘wat er al is’ primair menselijke teksten bevat, waaronder teksten met voldoende oorspronkelijkheid en creatief niveau. Maar naarmate AI meer teksten genereert wordt het aandeel door AI zelf geleverde teksten in ‘wat er al is’ steeds groter en gaat AI dus in toenemende mate zijn eigen producten recyclen, zonder iets nieuws toe te voegen. Dit resulteert in verslechtering van de relevantie en kwaliteit van de synthetische teksten. Nasrullah: “De achteruitgang na een paar ‘generaties’ van dit proces is dramatisch. De oorzaak van deze model collapse is dat synthetische teksten niet dezelfde variatie hebben als menselijke teksten, zij zijn telkens een slag minder”. Er is dus een verschil tussen ‘mensachtige’ en ‘menselijke’ teksten en dat verschil komt neer op creativiteit die kennelijk alleen de mens gegeven is. AI parasiteert daarop maar kan op eigen kracht het menselijke niveau niet vasthouden.

Waarom word ik daar vrolijk van? Dat heeft te maken met de relativering van het toekomstbeeld waarmee de opkomst van AI vergezeld gaat. In de toekomst zouden volgens een veelgehoorde visie dankzij de prestaties van AI menselijke inspanning en creativiteit steeds minder nodig zijn. Computers nemen daarin de samenleving over en wij mensen zouden vervallen in een utopische verdoving. Dat idee, onder andere uitgedragen door Yuval Harari en eerder door Herbert Marcuse, vind ik een doembeeld. Het is een pessimistische visie van een gedetermineerde toekomst. Als ik nu hoor dat AI eigenlijk niet zonder creatieve menselijke inbreng kan functioneren vind ik dat een optimistisch tegengeluid. Kennelijk ben ik erg gehecht aan het idee van menselijke scheppingskracht en het vermogen om iets nieuws tot stand te brengen.

Nu heeft niet iedereen zin in creativiteit. Creativiteit kost best veel moeite namelijk, zeker als het om sinterklaasgedichten gaat. En in onze geïndustrialiseerde wereld met zijn illusieproducerende entertainmentindustrie is de verleiding groot om onze dromen en verlangens uit te besteden aan een systeem dat ze op technologische manier kan helpen verwezenlijken. Dat we ons ondertussen uitleveren aan de grote kapitalistische belangen daarachter nemen we dan maar voor lief. Ik snap het gemak daarvan en de aantrekkingskracht van de marketing die ons vertelt dat we achterover kunnen leunen. Ik leun ook graag achterover, maar creatieve actie vind ik toch net iets leuker.

Zie ook Zijn linkse mensen slimmer?

Wil je commentaar geven of zien: klik op AI kan niet zonder mensen en scrol naar beneden door.

vrijdag 17 november 2023

Disproportioneel


Eva Peek schreef vorige week in NRC dat het haar tegenviel hoe weinig we collectief geleerd hebben van de Sjoa. Bijna tachtig jaren van herdenkingen en reflectie op medeplichtigheid en op het gemak waarmee destijds de uitroeiing van Joden kon plaatsvinden, hebben niet geleid tot “een breed gedragen, verfijnde kennis van antisemitische stereotypen”. Dat stelt haar teleur, want daar had ze op gehoopt.

Ik moet zeggen, ik ben het niet helemaal met Peek eens. Het valt mij niet tegen wat ik tegenkom in landelijke kranten en nieuwszenders (ik heb het dus nadrukkelijk niet over social media). De betere journalisten zouden het kunnen laten bij het afzetten van het aantal slachtoffers van Palestijns geweld (tegen de 1600, inclusief gesneuvelde militairen) tegen het aantal slachtoffers van Israëlische bommen (meer dan 10.000), en vervolgens inzoomen op de disbalans. Dat gebeurt zeker ook, maar daarnaast is er opmerkelijk veel oog voor de vernietigende doorwerking van eeuwenlange uitsluiting en vervolging, uitmondend in de poging tot totale vernietiging. De door generaties heen opgebouwde en bijna tot genetische aanleg gegroeide getraumatiseerdheid vertegenwoordigt in zijn akelige diepte net zo goed een disbalans waar we mee te dealen hebben. Niet alleen Joden, maar ook, of juist, die (westerse) samenlevingen die eeuwenlang de trauma’s hebben gevoed. De kennelijk gevoelde noodzaak – op zijn minst in de betere journalistieke kringen – om dat te benoemen kan verklaren waarom er de afgelopen maand betrekkelijk veel redelijk diepgravende artikelen verschenen over (de geschiedenis van) antisemitisme, evenals genuanceerde interviews over Joodse angsten en trauma’s die als uit het niets dezer dagen levensgroot tevoorschijn komen. 

Ter vergelijking: in 1940 zou ik voor de ‘betere journalistieke kringen’ niet hebben willen instaan qua opvattingen over Joden, zeker niet voor het confessionele deel van die kringen. Cleveringa was met zijn opvattingen een uitzondering op de regel. Joodse stereotyperingen werden, ook door de ‘weldenkenden’ van toen, voor zoete koek geslikt. Het lijkt erop dat decennia van herdenkingen hier nu voor een breder blikveld zorgen. Daar staat tegenover dat het klassieke antisemitisme zich, onder andere door de huidige gebeurtenissen, in rap tempo over andere delen van de wereld verspreidt.

Zie ook Disproportioneel geweld.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Disproportioneel en scrol naar beneden door.

vrijdag 3 november 2023

Twee soorten vergif


Twee soorten vergif houden me bezig: de CO2 in de lucht wereldwijd, en het antisemitisme in de grond, van oudsher de Europees-Russische bodem maar zich nu gestaag uitbreidend naar het Midden-Oosten en Noord-Afrika. De twee soorten vergif zijn even wanhopig makend, en ik weet vaak niet waar ik me op moet richten. Rondom 4 en 5 mei van dit jaar, voor de zoveelste keer geconfronteerd met de peilloze en inktzwarte afgronden van de vernietigingskampen, vroeg ik me af waarom ik me eigenlijk zo druk maak om het klimaat en een mogelijk fysiek einde van de mensheid. Was de mensheid immers tachtig jaar geleden al niet moreel failliet? Toch ondersteunde ik van harte de bezetting van de A12 en andere ontregelende acties van Extinction Rebellion (XR). Protesteren tegen klimaatbedreigend vergif is hoe dan ook altijd goed, dacht ik.

Op dit moment houdt het andere gif me meer bezig, vooral door de snelheid en het gemak waarmee het vrijkomt. Onze Nederlandse, Europese bodem moet er wel tot de rand toe mee verzadigd zijn, anders is de gretigheid niet verklaarbaar waarmee vlak na de sadistische massamoord van Hamas op Israëlische burgers de anti-Israëlische agressie ontvlamde. Al op 9 oktober wist Johan Derksen te melden dat de massamoord erg was, maar “dat de Joden er wel een beetje om gevraagd hebben”. Op 11 oktober, nog voor de vernietigende Israëlische bombardementen, werd de Palestijnse vlag geprojecteerd op de Euromast door een afdeling van XR. De toch voor de hand liggende fase van begrip of compassie voor Joodse Nederlanders werd zo goed als overgeslagen, er werd (aldus NRC) “in één keer doorgeschakeld naar een bijzonder agressieve vorm van solidariteit met de Palestijnen – vaak uitmondend in onversneden antisemitisme”. Katya Tolstoya, de scheidend Theoloog des Vaderlands, zegt: “Door de oorlog in Gaza voel ik hier een golf van antisemitisme, dat ken ik nog uit de Sovjet-Unie”. 

Ik wist dat dat gif in onze bodem zit – hoe zou het ook anders kunnen na honderden jaren van aanvankelijk Christelijk geïnspireerde en daarna seculiere antisemitische denkbeelden? Dat is gezonken sociaal-cultureel erfgoed, zeg maar. Maar zó ontvlambaar, in zúlke grote concentraties en zó dicht onder de oppervlakte, daar schrik ik toch van. En dat Extinction Rebellion niet de hygiënische organisatie is waarvoor ik het had gehouden, dat vind ik ook schokkend. In plaats van het antisemitische vergif te bestrijden zoals zij strijdt tegen CO2, subsidieert XR de verspreiding ervan. Nu blijkt dat XR net zo blind is voor het sociaal-maatschappelijke vergif als de olie-industrie voor het broeikasgas, heeft de beweging voor mij afgedaan. Ik denk dat ik wel weet waar mijn aandacht voorlopig op gericht zal zijn: op het antisemitische vergif, dat wil zeggen op de vraag hoe het mechanisme werkt waardoor één groep de schuld van letterlijk álles kan krijgen, inclusief het broeikasgas.

Overigens ben ik van mening dat de A12 bezet mag blijven. En de Westbank niet.

Zie voor een ander verslag van onbekommerd antisemitisme ook Ironisch.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Twee soorten vergif en scrol naar beneden door.

donderdag 26 oktober 2023

Ironisch


Het is ironisch, onwerkelijk en verbijsterend om juist deze dagen, waarin het in het Midden-Oosten gaat om grond en militaire actie, bij de Duitse filosoof Heidegger bepaalde passages te lezen uit zijn dagboeken, ook wel de Schwartze Hefte genoemd. Zij worden als volgt gepresenteerd door de filosoof Jean-Luc Nancy in zijn boek The Banality of Heidegger.

►  Ontworteling en dus Bodenlosigkeit (gebrek aan eigen grond) is een ondersceidend kenmerk van het Jodendom. Het gebrek aan grond bestaat in – of leidt tot – “aan niets gebonden zijn, alles ten eigen dienste stellen (het Jodendom)”. (Citaat van Heidegger in deze zin: uit ‘Überlegungen VII-XI’, Schwartze Hefte 1938/39, p. 97).

► Door dat gebrek aan een eigen land schrijft het Jodendom zichzelf uit de menselijke geschiedenis want “gebrek aan grond sluit zichzelf uit.” (Citaat van Heidegger in deze zin: uit ‘Überlegungen VII-XI’, Schwartze Hefte 1938/39, p. 97). Heeft Heidegger gedacht, zo vraagt Nancy zich af, dat het Jodendom bij die zelfdestructie een handje kon worden geholpen, bijvoorbeeld door de antisemitische Neurenberger wetten?

► De minachting voor het (toenmalige) gebrek aan eigen grond wordt bij Heidegger versterkt doordat Joden dus ook niet weten wat vechten is: “Het wereldjodendom (…) hoeft niet deel te nemen aan militaire actie, terwijl wij het beste bloed van het beste van ons volk moeten opofferen.” (Citaat van Heidegger in deze zin: uit ‘Überlegungen XII-XV’, Schwartze Hefte 1939-1941, p. 262). 

Heidegger zou er waarschijnlijk niet mee gezeten hebben om in de hedendaagse situatie precies het omgekeerde te zeggen. Een beetje zoals in de vorige eeuw de antisemitische communisten de Joden verafschuwden vanwege ‘hun’ kapitalisme, en de antisemitische kapitalisten omdat ze allemaal communisten zouden zijn. 


Wil je commentaar geven of zien: klik op Ironisch en scrol naar beneden door.

vrijdag 13 oktober 2023

Toxisch


De Frans-Joodse denker Levinas bedrijft sociale filosofie in die zin dat hij voortdurend spreekt over verhoudingen tussen mensen. Hij heeft het veel over face-to-face ervaringen en die beschrijft hij het liefst als ontmoetingen met ‘het gelaat van de ander’. Dat is wat hem betreft niks uitzonderlijks, die ontmoetingen vinden op dagelijkse basis plaats. Hij vindt die al terug in het openhouden van een deur voor iemand, of in een simpel “Na U!” Loopt zijn denken daarmee niet het risico om te verworden tot een kneuterige filosofie van de aardigheid waar niemand het mee oneens kan zijn? Schattig en lief, maar politiek krachteloos en ongevaarlijk? Vergeleken met de kritische filosofie à la Foucault of de Frankfurter Schule,  die maatschappelijke machtsstructuren en structurele sociale ongelijkheid aan de kaak stellen, kan Levinas’ filosofie inderdaad naïef lijken. 

Maar dat hoeft die niet te zijn. Om dat te illustreren citeer ik een bespreking van De mythe van normaal – Over trauma, ziekte en heling in een toxische maatschappij, een recent boek van de Canadese arts en verslavingsdeskundige Gabor Maté. De recensent legt uit wat Maté bedoelt wanneer hij schrijft over socialiteit, verbinding en trauma. “Omdat wij mensen zeer afhankelijk zijn van onze verbindingen met elkaar en de wereld om lichamelijk en geestelijk gezond te blijven, zijn we ook zeer kwetsbaar voor verwonding. Gabor spreekt over trauma met een grote ‘T’ en met een kleine ‘t’. De eerste vorm kennen we inmiddels wel. Dat gaat over trauma ten gevolge van mishandeling, seksueel misbruik, geweldservaringen, kortom alle grote en zware inbreuken op onze integriteit als mens. Maar er bestaat een veel sluipender vorm van trauma. Dat gaat over al die kleine momenten dat je niet gekend of gezien werd terwijl je dat nodig had, die kwetsende opmerking die zomaar voorbij komt omdat iemand slecht gezind is, gebrek aan positieve ervaringen of een ongelukkige pesterij van een paar leeftijdsgenoten.”

Wat hier van Trauma met een grote T gezegd wordt: “die vorm kennen we inmiddels wel”, ben ik geneigd te zeggen van Geweld met een grote G: het geweld van de politieke machtsstructuren, en van oorlog. Dat went nooit, zoals we met de actuele geweldsuitbarsting in en rond Israël deze dagen weer ondervinden. Maar in zekere zin kun je zeggen: dat kennen we inmiddels wel, want dat geweld is uitvoerig geanalyseerd (hoewel nooit genoeg) door de kritische sociale filosofen. Het geweld van de alledaagse menselijke verhoudingen is daarentegen onderbelicht gebleven in de filosofie. Terwijl, zoals de recensie duidelijk stelt, die geweldsmomenten kunnen optellen tot een serieus trauma. Dat is ten eerste al erg genoeg voor degenen die dat oplopen op persoonlijk niveau en Levinas vraagt daar dus terecht aandacht voor. Maar voor het politieke niveau zijn die trauma’s net zo goed relevant, omdat die mede bijdragen aan een toxische samenleving waarin mensen uiteindelijk hun toevlucht zoeken in gewelddadige, radicale politieke bewegingen. Ook dat geweld zou weleens akelig actueel kunnen zijn in het huidige Midden-Oosten. In zijn thematisering van intermenselijk geweld – álle geweld, van interpersoonlijk tot politiek/militair en terroristisch – ligt dus de ook een grote politiek-maatschappelijke relevantie van Levinas’ filosofie verscholen.

Zie ook Levinas en politiek en Troost.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Toxisch en scrol naar beneden door.

donderdag 28 september 2023

Zo hebben we het niet bedoeld


In haar Trouw-columns over sociale media onder de titel Swipen&klikken maakt Kelli van der Waals me vaak spontaan aan het lachen. Dat moet te maken hebben met de woorden die ze gebruikt en de ordening ervan, maar ik kan de trigger meestal niet precies aanwijzen.

Afgelopen maandag kon ik er wél de vinger op leggen. Ze sprak over boomers (met geboortejaren tussen 1946 en 1964; met 1955 zit ik er precies middenin) als een generatie voor wie, dankzij de gunstige historische omstandigheden, de wereld aan hun voeten heeft gelegen. Er was relatief goede werkgelegenheid, sociale zekerheid, gezondheidszorg en tenslotte pensioen. En je kon nog zonder schuldgevoel de aarde vergiftigen. Ze begrijpt dat het even schakelen is voor die generatie als de klimaatdreiging nu komt inbreken in dat paradijs, kortom “als vliegen of vlees eten opeens niet meer de bedoeling is”. 

Dat laatste is goed uitgedrukt van Van der Waals. Het was inderdaad de bedoeling. Hogere machten hadden bepaald dat dat goed was. Er móest en zou gevlogen worden, het was zowat een burgerplicht om de wereld af te struinen, onderdeel van de opvoeding en gepropageerd door belastingvrije kerosine. Sowieso was veel consumeren bijna een daad van vaderlandslievendheid, zoals Rutte een jaar of tien geleden illustreerde met zijn voorstel om ieder huishouden 1000 euro te geven voor stimulering van de economie. Ja, dan moet ik even lachen om het woord ‘bedoeling’, maar het is natuurlijk alles bij elkaar een treurige zaak. De richting van de bedoeling van onze politici en opvoeders is kennelijk volkomen fout geweest, ze hebben de plank mis geslagen. De gevolgen zijn niet mals: er moeten ons ‘opeens’ andere bedoelingen geleerd worden, maar zo mogelijk nog moeilijker: er moet weer vertrouwen komen in de politiek, nadat die ons zo lang met rare bedoelingen heeft opgezadeld.

Zie ook Ik heb makkelijk praten.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Zo hebben we het niet bedoeld en scrol naar beneden door.

vrijdag 22 september 2023

Kol Nidrei en andere illusies


Soms laten mensen zich gezeggen door het verdriet van een ander, op het moment dat hen duidelijk wordt dat ze die ander gekwetst hebben. Dat is de centrale stelling die de Frans-Joodse filosoof Emmanuel Levinas uitwerkt in zijn boeken.

Onder de vele kwetsuren die mensen elkaar toebrengen gaat de aandacht van Levinas vooral uit naar, wat hij noemt, ‘denkgeweld’. Dat treedt op waar de ene mens denkt voor de andere en die ander daar niet van gediend is. Het is een soort grensoverschrijding, Levinas noemt het ‘imperialisme’. De denker kan in de hooggestemde illusie verkeren dat hij de ander helpt. Maar de kwetsuur die de ander oploopt vanwege de opdringerigheid van de denker kan variëren van vernedering tot het gevoel klem gezet te worden. Als de denker dat opmerkt kan hij schrikken van zijn eigen illusie en zijn gedrag aanpassen.

Wanneer je met mensen praat over deze stelling van Levinas dan herkennen ze vaak dat verschijnsel wel en kunnen ze concrete ervaringen daarvan aanwijzen in hun eigen leven. Maar tegelijkertijd stellen ze vaak de vraag: waarom zijn er ook mensen die zich níet laten gezeggen door het verdriet dat ze bij een ander veroorzaken; die gewoon doorrausen, hun eigen soevereine gang blijven gaan met hun opdringerige plannetjes? Wat maakt dat de ene mens gevoelig is voor de kwetsuur van het Gelaat (zoals Levinas de gekwetste ander noemt) en een andere mens niet?

Dat vind ik iedere keer weer een intrigerende vraag en ik heb er geen antwoord op. Sommige Levinaslezers denken dat je die gevoeligheid kunt trainen. Bijvoorbeeld door goed te luisteren naar anderen en jezelf daarin te oefenen. Ik denk dat dat niet verkeerd is, al was het maar omdat je een soort alertheid ontwikkelt ten aanzien van illusies waarin je mogelijk doordraaft en grenzen overschrijdt. Daar ligt voor mij ook de waarde van Jom Kipoer, de Grote Verzoendag die we vanaf zondagavond tot maandagavond weer vieren: het is altijd goed om jezelf systematisch, in dit geval via een speciaal gemarkeerde dag met vasten en een indringende liturgie, voor ogen te houden waar je de fout ingaat. Om dat te kunnen doen moet er een taal voor zijn en de liturgie van Jom Kipoer biedt die taal. Zo bezien is Jom Kipoer op te vatten als een training in gevoeligheid, doordat je een hele dag met die taal in de weer bent.

Maar ik blijft sceptisch ten aanzien van de gedachte dat je illusies eruit kunt trainen. Want illusies zijn nu eenmaal inherent aan het denken. Dus, zolang we het denken niet opgeven (en dat lijkt me geen goed idee) zullen illusies blijven optreden en dus ook de kwetsuren die zij veroorzaken. Ik geloof wel dat bezinning op de effecten van ons denken en handelen verbeteringen oplevert, maar tegelijkertijd ben ik ervan overtuigd dat we door onze illusies verrast zullen blijven en daar ongewild anderen mee blijven kwetsen.

Het mooie is dat die scepsis ten aanzien van het tegengaan van illusies ook al in de liturgie van Jom Kipoer een plaats heeft gekregen. Namelijk in het Kol Nidrei, waar we alvast aandacht vragen voor de beloften (op te vatten als hooggestemde intenties of illusies) die we in de toekomst zeker zullen gaan breken. Verre van een vrijbrief te bieden voor het lukraak aangaan en breken van beloftes – zoals deze tekst door kwaadwilligen wel geïnterpreteerd is – getuigt het Kol Nidrei hiermee van realisme en een diep inzicht in de verraderlijkheid van het menselijke denken. Het uitspreken van het Kol Nidrei is daarmee al meteen een oefening in gevoeligheid.


Wil je commentaar geven of zien: klik op Kol Nidrei en andere illusies en scrol naar beneden door.

maandag 4 september 2023

Leo Mock z.l.


Hij probeerde het wel, tijdens het maandelijkse ‘Lernen met Leo’ van Crescas, om tot uitwisseling van meningen en tot dialoog te komen. Meestal aan het begin van het uur, dan kon hij weleens expliciet vragen om opinies en eigen inbreng van de deelnemers over de parasja (het stuk van de Tora dat die week in sjoel gelezen werd). Maar vervolgens ging hij al snel van de een naar de ander, een echte uitwisseling kwam er vaak niet van. Leo stak van wal en dan kon je er niet gemakkelijk meer tussenkomen. Soms stak iemand schuchter zijn hand op, zonder succes, en dan nog een paar keer voordat Leo erop inging – meestal maar kort. Zijn goede voornemens ten spijt, Leo had gewoon het temperament er niet voor om dialogisch te doceren.

Maar dat gaf helemaal niets. Integendeel, ik vond het vaak een feest om nu eens niet ‘interactief’ te hoeven zijn en alleen maar te mogen luisteren naar deze geweldige docent. Zijn uitleg van de parasja was altijd onderhoudend, getuigde van een diepgaande en doorleefde kennis van de Joodse traditie (‘het project van Abraham’, zoals hij het noemde), en er viel altijd wat te lachen door zijn snelle grapjes en imitaties. 

Geestverruimend vond ik iedere keer hoe hij zijn achtergrond van jesjiva-student wist te combineren met een brede historische blik. Hij had oog voor de manier waarop de verschillende historische periodes hun sporen nalieten in de traditie. Dat stelde hem in staat om orthodox te leven en tegelijkertijd de traditie vanaf een zekere wetenschappelijke afstand te bekijken, een voor Nederland zeldzaam mooie combinatie met vaak geestige relativeringen als gevolg.

We gaan hem missen. Gelukkig heb ik nog een stapel schriften met aantekeningen van zijn uitleg (“Naud, opschrijven dit!”). Die ga ik systematisch doornemen.

Zie ook Ido Abram.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Leo Mock z.l. en scrol naar beneden door.

vrijdag 25 augustus 2023

Zo democratisch ingesteld is de gemiddelde Israëliër niet


Het klopt niet helemaal, of misschien wel helemaal niet, wat ik schreef over een veronderstelde ‘democratische inborst’ van de gemiddelde Israëliër. In het blogbericht Wonderen opper ik dat de stichters van Israël in hun euforie een bovengemiddeld vertrouwen hadden in de inherent democratische gezindheid van de burgers van de nieuwe staat. “Die zouden, met hun achtergrond als egalitaristische kibboetsniks, vrij debatterende Talmoedstudenten en slachtoffers van  dictaturen, van zichzelf zo rechtsstatelijk aangelegd zijn dat de nieuw te vormen staat het zou kunnen stellen zonder de gebruikelijke waarborgen.”

Maar uit gesprekken in reactie op dat blogbericht begreep ik dat die democratische gezindheid, ook bij Ben-Goerion c.s., wel wat te wensen overliet. Iemand wees me bijvoorbeeld op een recent opgedoken rede uit 1949 van Ben-Goerion voor de Knesset commissie voor “Constitutie, Wetgeving en Rechtspraak”. Daarin pleit hij tegen het opstellen van een grondwet voor Israël. 

In het Nieuw Israëlietisch Weekblad wond columnist Hans Knoop er ook geen doekjes om. Over de machtige Arbeiderspartij uit die dagen vertelt hij: “Die partij werd bevolkt en geleid door van oorsprong Oost-Europese apparatsjiks met een rudimentaire opvatting van democratie. Niet Westminster stond voor die generatie model en evenmin stond Montesquieu met diens scheiding der machten hoog bij hen in aanzien. Ik durf de stelling aan dat links in die jaren een grotere greep op Israël had dan nu met rechts het geval is. Het democratische en liberale gehalte van de modale Israëlische functionaris hield bepaald niet over.”

Aan de andere kant: als niet een groot deel van de Israëlische bevolking het gevoel zou hebben dat democratie en rechtsstaat tot het DNA van hun land behoren, dan zouden de demonstraties tegen de plannen van de regering Netanjahoe nooit zo massaal kunnen zijn als ze zijn. In datzelfde NIW beschrijft Asjer Waterman zijn betrokkenheid bij die demonstraties. Hij voelt “trots op de mensen die zich wekelijks inzetten om Israël te redden van de ineenstrortende democratie. Trots misschien ook wel op het idee van een democratische en Joodse staat.”

Maar van een vanzelfsprekende democratische gezindheid van de Israëliër kun je dus beslist niet spreken. Het zal nog een gevecht worden om het land overeind te houden.

Zie ook Meerstemmigheid.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Zo democratisch ingesteld is de gemiddelde Israëliër niet en scrol naar beneden door.

vrijdag 11 augustus 2023

Wonderen


Wonderen zijn mooie dingen, staat in het stuk van de Tora dat we deze week in sjoel lezen, maar hecht er niet te snel geloof aan. “Wanneer een profeet of een droomuitlegger uit uw midden een teken of een wonder voorspelt, dat vervolgens uitkomt, en hij verbindt daaraan een oproep om andere, u onbekende goden te volgen en te dienen – luister dan niet naar wat hij zegt…Blijf de Eeuwige, uw God, volgen en heb alleen voor hem ontzag”. Kennelijk zijn er in de loop van de tijd té veel pijnlijke en verwarrende ervaringen opgedaan met valse boodschappen en wonderen die bedrieglijk bleken om daar nog op te kunnen vertrouwen. 

David Ben-Goerion, mede-stichter en eerste premier van Israël, lijkt me er de man niet naar geweest te zijn om te geloven in wonderen. Daarvoor was hij te veel een macher, iemand die wist dat er veel mensenwerk verzet moest worden om Israël van de grond te krijgen. Hij wordt beschreven als realistisch, nuchter en een tikje humorloos. 

Toch wordt de stichting van de staat vaak voorgesteld als een al dan niet goddelijk wonder en Ben-Goerion misschien niet als profeet, maar op zijn minst als uitvoerder van dat wonder. Die voorstelling van zaken mag wat mij betreft grotendeels overeind blijven, want het feit dat Israël bestaat is van onschatbare waarde. Maar het wonder vertoont wat mankementen, en die zijn mogelijk wél terug te voeren op een ongefundeerd geloof bij Ben-Goerion c.s. in bovennatuurlijke krachten. Niet dat zij geloofden in goddelijk ingrijpen zoals de religie zich dat voorstelt. Maar wél hadden zij in hun euforie een bovengemiddeld vertrouwen in de democratische inborst van de burgers van de nieuwe staat. Die zouden, met hun achtergrond als egalitaristische kibboetsniks, vrij debatterende Talmoedstudenten en slachtoffers van  dictaturen, van zichzelf zo rechtsstatelijk aangelegd zijn dat de nieuw te vormen staat het zou kunnen stellen zonder de gebruikelijke waarborgen. Dat geloof kan verklaren waarom de staat rechtsstatelijk zo slordig werd ingericht – zonder grondwet en zonder een extra controlerende kamer. De stichters hebben zich niet kunnen voorstellen dat de democratische rechtsstaat op een bepaald moment van binnenuit zou worden uitgehold zoals nu door Netanjahoe en religieus rechts gebeurt. Ik ook niet trouwens, tot voor kort.

Reden genoeg om de Tora-boodschap van deze week serieus te blijven nemen. Er is niet zo gauw een goddelijke remedie of inherent Joodse karakteraanleg voorhanden die het ontbreken van staatsrechtelijke instituties kan goedmaken.

Zie ook Zo democratisch ingesteld is de gemiddelde Israëliër niet.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Wonderen en scrol naar beneden door.

vrijdag 4 augustus 2023

Verschillen


Als je plotseling Filosoof des Vaderlands geworden bent, krijg je van alle kanten verzoeken voor interviews. Je zult vaker dan normaal je opvattingen over allerlei dingen vertellen, maar ze daardoor ook steeds bijstellen en verfijnen. 

Dat proces is te volgen bij Marjan Slob die in maart aantrad als nationale denker en sindsdien veelvuldig in het openbaar optreedt. Ik constateer een nadere precisering op een klein onderdeel van haar interessegebied, namelijk dat van onze omgang met verschillen. Voor mij is dat, in navolging van Levinas met zijn gevoeligheid voor totaliserende tendensen, een belangrijk thema. Levinas pleit ervoor om de eigenheid en andersheid van ieder mens serieus te nemen, en automatisch volgt daaruit dat je tussen mensen (grote) verschillen zult aantreffen. Geef die vooral de ruimte, is zijn boodschap.

Voor zover ik Slobs opvattingen een beetje ken zal zij dat standpunt van Levinas zeker onderschrijven. Dat kun je al opmaken uit de titel van de bundel interviews met haar: Ruimte maken voor het andere. Toch zegt zij daar “Maak de wereld groter, ruimer en je ziet dat er eigenlijk geen verschil is tussen jou en de ander”. Het is duidelijk wat ze bedoelt: de ene mens is niet meer waard dan de ander, we moeten uitgaan van menselijke gelijkwaardigheid. Maar Slob moet beseft hebben dat deze formulering in het vaarwater terecht kan komen van ideologieën zoals fascisme en communisme die, omwille van een utopisch einddoel, de neiging hebben om verschillen tussen mensen weg te praten en glad te strijken. Daar wil ze, denk ik, beslist niet mee geassocieerd worden. Dat kan verklaren waarom ze iets later, in een interview in het Noordhollands Dagblad, de formulering daarop aanpast: “Je zult zien dat er tussen jou en de ander eigenlijk geen verschil is in menselijkheid” (mijn onderstreping). In veel andere opzichten zullen mensen verschillen en blijven botsen met elkaar.

Zie ook Badiou, Levinas en verschillen en Meerstemmigheid.

Wil je commentaar geven of zien: klik op Verschillen en scrol naar beneden door.