donderdag 2 april 2015

Het werken van morgen


Deze week heb ik de aflevering van Tegenlicht gezien over Het werken van morgen en het boek The Second Machine Age van Andrew McAfee. De documentaire schetst een beeld van de verdringing van menselijke arbeid door robots en computers. Er zouden in Nederland daardoor binnen een paar decennia wel 3 miljoen banen kunnen verdwijnen, vooral in het middensegment.

Het wordt indringend duidelijk dat deze ontwikkelingen grote maatschappelijke gevolgen kunnen hebben. Als voor de grote groep middenklassers (van boekhouders tot accountants, van monteurs tot tandtechnici, van artsen tot juristen) de baanzekerheid wordt ingeruild voor snelle wisseling en stapeling van baantjes, dan is dat potentieel ontwrichtend. Eerdere periodes van maatschappelijke ontwrichting lieten zien dat daar armoede, criminaliteit en geweld mee gepaard gingen. Een stevige maatschappelijke middenklasse wordt in het algemeen beschouwd als garantie tegen dat soort instabiliteit.

Behoorlijk bedreigend allemaal, en de zorgelijke teneur van de documentaire is dus terecht. Toch is er één reden waarom ik niet geheel rouwig zou zijn om het verdwijnen van de baan-voor-het-leven regimes, en de bijbehorende arbeidsbureaucratieën waarin velen van ons tot nu toe hun arbeidzame leven doorbrachten.

Er zit namelijk een – hoe verborgen ook – zwaar totalitair element in die hedendaagse bureaucratieën. Hoogleraar Bob de Graaff, deze week geciteerd in NRCnext, zegt daarover voor zover het de overheid betreft, het volgende: “Loyaliteit werkt slechts één kant op: de werknemers moeten loyaal zijn jegens het management; omgekeerd geldt dit totaal niet. Tegelijk wordt met de mond beleden dat werknemers een lerende organisatie moeten vormen, maar het wordt hen niet toegestaan fouten te maken. Dit alles resulteert in een volstrekte visieloosheid, een teloorgang van expertise en een angstcultuur”.

Binnen de gemeente Amsterdam maak ik het zelf mee hoe op sommige plaatsen hele volksstammen van goed opgeleide, overigens weldenkende en mondige mensen zich laten gijzelen door de eisen van vanzelfsprekend geachte command&control structuren. Uiteraard via het mechanisme van baanzekerheid die mensen genieten, en daarvan afgeleid de hypotheek, de opleiding van de kinderen enzovoorts. Werktrots en vaak zeer zinnige eigen gedachten van die werknemers kunnen binnen die context volledig gesmoord worden. De zelfcensuur doet zijn werk.

Als dat niet totalitair is.

Zie ook Het totalitarisme is onder ons, Constructief nee zeggen en Amsterdam en ICT

2 opmerkingen:

  1. Beste Naud,
    Wat je beschrijft, is ook in mijn leefomgeving herkenbaar.
    We evolueren niet alleen naar een netwerkmaatschappij maar ook naar een samenleving waarin je kenner óf onkundige bent.
    Was bijvoorbeeld iemand met enig autotechnisch inzicht en handigheid tot voor kort nog in staat thuis zijn wagen zelf onderhouden, de dag van vandaag moet je met je wagen voor service en reparatie onvermijdelijk naar de automotive professional…
    De zelfstandig kruidenier moet zijn zaak sluiten wegens onrendabel, maar nauwelijks enkele maanden later opent drie huizen verder het hypermarktconcern een buurtwinkel (‘proximiteitswinkel’) onder franchising. Deze evolutie zet inderdaad de middenklasse onder druk, - het beslissingsniveau tussen klant en fabrikant, tussen bedenker en gebruiker. Dat roept vraagtekens op.
    Sommige beslissingscentra zullen verdwijnen, dat is onvermijdelijk.
    Maar ik ben er niet zeker van dat ze allemaal zullen verdwijnen.
    Ze zullen, denk ik, misschien wat verder van ons af komen te staan, - verschuiven.
    Het is nog maar de vraag of de zelfcensuur daarom geringer wordt
    en het systeem minder totalitair.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zie ook OzoGaaf met Groeibriljant: http://www.ozogaaf.nl/test_wp/index.php/groeibriljant/

    BeantwoordenVerwijderen